Samenvatting
Deze paragraaf bevat de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille en geeft inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend en de financieringsbehoefte.
Uitgangspunten is het Treasurystatuut waardoor risico's worden beperkt. Zo worden enkel nieuwe langlopende leningen aangetrokken overeenkomstig de daadwerkelijke financieringsbehoefte, zoals die gedurende het jaar wordt gemonitord. De looptijd van deze leningen worden afgestemd zodanig dat het herfinancieringsrisico wordt gespreid. Tijdelijke tekorten in de beschikbare liquiditeit worden opgevangen via kasgeldleningen en het kredietlimiet op de rekening-courant.
De raming van de investeringen en de aflossingen leiden tot een daling in de schuldenlast in 2025 en vervolgens een stijging tot boven het niveau van begin 2024. Met een gelijkblijvende marktrente volgt de totale rentelast deze ontwikkeling. De rentelasten worden doorbelast aan de vaste activa, waaronder de grondexploitaties. Het omslagrente percentage bedraagt op basis van de raming in deze begroting vanaf 2025 1,7%.
Beleidskader
Het Treasurybeleid van de Gemeente Deventer is vastgelegd in het Treasurystatuut 2021. Aanvullend is een beleidskader “Verlenen van garanties en het verstrekken van geldleningen” uit 2020 van toepassing, en alle van toepassing zijnde wet- en regelgeving.
Het Treasurystatuut beschrijft de uitgangspunten en bevoegdheden die de gemeente hanteert op het gebied van financiering, beleggingen, rentemanagement, liquiditeitenbeheer en de financiële logistiek. Deze zijn gebaseerd op de volgende doelstellingen:
- het waarborgen van een blijvende toegang tot de kapitaalmarkt teneinde de beschikbaarheid over voldoende financiële middelen zeker te stellen;
- het beheersen van financiële risico’s (renterisico’s, koersrisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s);
- het realiseren van zo laag mogelijke kosten (rente, provisies en kosten van het betalingsverkeer) en de zorg voor voldoende liquide middelen.
In de praktijk betekent dit dat complexe en risicovolle financieringsproducten worden vermeden. Er worden enkel onderhandse leningen aangegaan bij financiële instellingen in de euro valuta. De gemeente verstrekt alleen leningen in het kader van de publieke taak. Tijdelijke overtollige liquiditeiten worden ondergebracht bij het schatkistbankieren van de Rijksoverheid.
Het Treasurybeleid heeft geen winstoogmerk. Uitgangspunt is dat alle rentelasten intern worden doorbelast aan de investeringen voor onder andere grondexploitaties, kapitaalgoederen en deelnemingen en leningen aan verbonden partijen. Hiervoor wordt jaarlijks een omslagrente bepaald waarmee een neutraal renteresultaat kan worden bereikt.
Voor de beheersing van risico’s dient de gemeente te voldoen aan een aantal limieten:
- Renterisiconorm: het totale bedrag aan langlopende schulden wat in een kalenderjaar wordt afgelost of een renteherziening kent mag maximaal 20% bedragen van de totale gemeentebegroting;
- Kasgeldlimiet: het totale bedrag van kortlopende schulden (na aftrek van vlottende middelen) mag maximaal 8,5% bedragen van de totale gemeentebegroting;
- Norm schatkistbankieren: het totale bedrag aan liquide middelen dat buiten de schatkist wordt aangehouden bedraagt niet meer dan 2% van het begrotingstotaal.
In het treasurystatuut is bepaald dat in de twee kwartaalrapportage en jaarlijks in de jaarrekening verantwoording wordt afgelegd aan de raad over de treasuryactiviteiten. Voorafgaand daaraan wordt in de Paragraaf Financiering van de begroting het voorgenomen beleid toegelicht.
Huidige liquiditeit- en rentepositie
De gemeente beschikt over voldoende liquide middelen en een stabiele toegang tot financiering. Door o.a. een aantal grote vooruit-ontvangen rijksuitkeringen is er sprake van blijvend hoge uitzettingen bij de schatkist. Deze vooruit ontvangsten zijn sterk gestegen de laatste jaren tot een niveau van 53 miljoen eind 2023. Hierdoor zijn er in 2024 geen nieuwe leningen aangetrokken. De rente op de geldmarkt en kapitaalmarkt zijn redelijk stabiel, de rentelasten volgt de ontwikkeling van de financieringsbehoefte die de investeringsplanning volgt.
Financieringsstrategie
Gegeven de doelstellingen van het Treasurystatuut worden enkel nieuwe langlopende leningen aangetrokken overeenkomstig de daadwerkelijke financieringsbehoefte, zoals die gedurende het jaar wordt gemonitord. Tijdelijke schommelingen in de beschikbare liquiditeit worden opgevangen via de bestaande kredietlimiet op de rekening-courant ter hoogte van € 28 miljoen. Het aantrekken van nieuwe leningen kan op ieder moment plaatsvinden voor zover dit nodig is om voldoende beschikbare liquide middelen te kunnen waarborgen, met inachtneming van de bevoegdheden uit het Treasurystatuut. Jaarlijks wordt als onderdeel van het Treasuryplan de financieringsbehoefte van de meerjarenramingen gemaakt. Op basis hiervan wordt een inschatting gemaakt van de benodigde aan te trekken financiering.
Rentevisie
De marktrentes worden beïnvloed door de inflatieverwachtingen, het ECB beleid en andere economische ontwikkelingen. De inflatie is sinds vorig jaar gedaald, maar nog niet tot de beleidsdoelstelling van 2%. De (Europese) economische groei is vertraagd, waar een recessie niet is uitgesloten. Beide factoren maken de komende rentebesluiten de ECB onzeker. Op dit moment heeft de markt (nog) vertrouwen in het (op termijn) behalen van de 2% doelstelling van de ECB. De rente voor 10 jaar lineaire lening voor gemeenten bedraagt ongeveer 2,8%, en 30 jaar voor 3,1%. De rente voor kasgeldleningen ligt tussen 3,6% (1 maand) en 3,3% (1 jaar). De rente op schatkisttegoeden is bij het opmaken van de begroting 3,6%.
Langlopende geldleningen (> 1 jaar)
Onderstaande tabel toont een overzicht van de langlopende schulden. Zoals in de tabel zichtbaar is daalt de leningenportefeuille eerst door aflossing (met liquide middelen) en vervolgens een stijging als gevolg van gestegen investeringsniveaus. Deze raming kan gedurende het jaar worden bijgesteld op basis van tussentijdse begrotingswijzigingen, gewijzigde investeringsplanningen, ontwikkelingen op de markt voor kavels en overige relevante ontwikkelingen.
(bedragen x €1 miljoen) | ||||
Leningenportefeuille | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
Stand per begin jaar | 146,1 | 150,2 | 187,3 | 197,9 |
Contractuele aflossingen | 16,9 | 12,9 | 20,3 | 16,7 |
Nieuwe leningen | 21,0 | 50,0 | 31,0 | 3,0 |
Stand per einde jaar | 150,2 | 187,3 | 197,9 | 184,2 |
Kortlopende schulden (< 1 jaar)
De gemeente beschikt over een krediet op de rekening-courant met een maximum van €28 miljoen. Deze wordt gebruikt om schommelingen in het rekeningsaldo op te vangen en is in de afgelopen jaren toereikend geweest. In de begroting is het uitgangspunt dat dit ook de komende jaren het geval is. Bij de afweging nieuwe leningen aan te trekken zal een afweging gemaakt worden welke looptijd het best aansluit bij de liquiditeitsontwikkeling. Daar behoren kasgeldleningen met een looptijd van 1 maand tot 1 jaar tot de mogelijkheden.
Samenstelling bestaande leningenportefeuille
Onderstaande tabel toont een overzicht van de leningen die zijn verstrekt in het kader van de publieke taak. Door contractuele aflossingen neemt het saldo van de openstaande leningen ieder jaar af. In dit overzicht zijn geen nieuwe leningen opgenomen. Nieuwe leningen kunnen met instemming van de Gemeenteraad worden verstrekt op het moment dat een financieringsverzoek aan de orde is. Nieuwe aanvragen worden getoetst met inachtneming van de door de raad vastgestelde beleidsnota “Verlenen van garanties en verstrekken van geldleningen” uit 2020.
(bedragen x €1 miljoen) | ||||
Leningenportefeuille | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
Stand per begin jaar | 17,4 | 16,6 | 15,8 | 15,2 |
Contractuele aflossingen | 0,8 | 0,7 | 0,7 | 0,7 |
Nieuwe leningen | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Stand per einde jaar | 16,6 | 15,8 | 15,2 | 14,4 |
Onderstaande tabel toont een overzicht van het uitstaand saldo per tegenpartij (beginstand begrotingsjaar).
(bedragen x €1 miljoen) | |
Tegenpartij | Uitstaand saldo |
NV Sportbedrijf | 11,47 |
Go Ahead Eagles | 3,73 |
Enexis Holding | 1,35 |
Stichting MiMiK | 0,38 |
WDW Escohold | 0,42 |
Deventer Hockey Vereniging | 0,01 |
Totaal | 17,35 |
Interne doorberekening van rente naar programma's
Het financieringsbeleid van de gemeente gaat uit van integrale financiering. Uitgangspunt is dat het taakveld Treasury een neutraal renteresultaat kent, wat bereikt wordt door de rentelasten van de gemeente door te belasten aan de gemeentelijke investeringen op de diverse programma’s.
De rente die voor deze doorberekening wordt gebruikt is de omslagrente. De omslagrente wordt doorberekend aan alle vaste activa en aan de grondexploitaties. Bij de bepaling van de rentelasten worden niet alleen de externe rentelasten meegenomen, maar ook de rentebaten op verstrekte leningen en de interne rentetoerekening aan reserves en voorzieningen. Het omslagrente percentage dat hiervoor wordt gebruikt bedraagt vanaf 2025 1,7%. Bij de jaarrekening wordt nagegaan of de afwijking tussen de vooraf bepaalde omslagrente en de daadwerkelijke gemiddelde rentelasten meer dan 25% bedraagt. In dat geval vind correctie plaats. Met ingang van 2025 worden de grondexploitatie belast met dezelfde omslagrente. Dit is een wijziging op basis van de notitie rente van de commissie BBV (oktober 2023).
Verwachte renteresultaat
Onderstaande tabel toont de prognose van het renteresultaat op basis van de meerjarenbegroting 2025-2028. Het resultaat geeft weer of de rentelasten met een omslagrente van 1,7% door de rentetoerekening volledig worden gedekt. Het renteresultaat is in alle jaren positief. Het werkelijke renteresultaat kan afwijken door verschillen in de externe rentelasten en -baten en de omvang van de balansposities waaraan de omslagrente wordt doorberekend. Deze verschillen worden verrekend met de generieke weerstandsreserve.
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |
De externe rentelasten over de korte en lange financiering | 5.461 | 6.081 | 6.873 | 6.675 |
De externe rentebaten over de korte en lange financiering | -559 | -534 | -510 | -487 |
Rente over eigen vermogen | 708 | 707 | 699 | 675 |
Rente over voorzieningen | 1.001 | 846 | 650 | 588 |
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | 6.611 | 7.100 | 7.712 | 7.451 |
De aan taakvelden toegerekende rente (omslagrente) | 6.632 | 7.244 | 7.756 | 7.877 |
Renteresultaat op het taakveld treasury | 21 | 144 | 44 | 426 |
Inleiding
De belangrijkste risico’s gerelateerd aan de financieringsfunctie zijn renterisico, liquiditeitsrisico en kredietrisico. Deze paragraaf beschrijft de wijze waarop de gemeente Deventer deze beheert en welke normen hierbij gehanteerd worden.
Renterisico op langlopende financiering
Renterisico's zijn een stijgende marktrente in afwijking van de begroting. Bij het aangaan van nieuwe leningen, voor herfinanciering van aflopende leningen of voor uitbreiding van de portefeuille kan een verschil in de oude en nieuwe rente tot fors hogere rentelasten leiden. De renterisico’s op de langlopende financieringsmiddelen worden ingekaderd door de renterisiconorm. Het doel van de renterisiconorm is het spreiden van de renterisico’s van de leningenportefeuille waardoor een verandering in de rente vertraagd doorwerkt in de rentelasten van de gemeente. Bij een begroot lastentotaal van circa € 500 miljoen bedraagt de renterisiconorm €100 miljoen. Dat wil zeggen dat jaarlijks maximaal €100 miljoen aan langlopende leningen mag worden geherfinancierd. Om hieraan te voldoen, wordt bij de keuze voor looptijd van de lening rekening gehouden met een goede spreiding van de aflossingen over de jaren. De onderstaande tabel geeft het verwachte verloop van de renterisiconorm weer voor de jaren 2023 tot en met 2026. In alle jaren is er voldoende ruimte om binnen de limiet te blijven.
(bedragen x €1 miljoen) | ||||
Renteresultaat | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
Renterisico op vaste schuld | ||||
Netto renteherziening op vaste schuld | - | - | - | - |
Nieuwe leningen | 21,0 | 50,0 | 31,0 | 3,0 |
Renterisico op vaste schuld | 21,0 | 50,0 | 31,0 | 3,0 |
Bepaling renterisiconorm | ||||
Stand van de begroting per 1 januari 2025 | 503,7 | |||
Renterisiconorm 20% van stand 2025 | 100,7 | 100,7 | 100,7 | 100,7 |
Ruimte (+) / Overschrijding (-) (7-4) | 79,7 | 50,7 | 69,7 | 97,7 |
Renterisico op kortlopende financiering
Zeker bij financiering met kortlopende contracten kan het gevolg van rentewijzigingen op de totale rentelasten aanzienlijk zijn. De gemeente Deventer gebruikt kortlopende financiering daarom enkel om schommelingen in de liquiditeitspositie op te vangen en niet voor het financieren van langlopende investeringen. De kasgeldlimiet geeft de toelaatbare omvang van de netto vlottende schuld aan en dient derhalve om het renterisico op de korte termijn te beheersen. De limiet bedraagt een bij ministeriële regeling vastgesteld percentage (8,5%) van de begrote gemeentelijke uitgaven. De gemeente heeft ervoor gekozen om een kredietlimiet te gebruiken ter hoogte van €28 miljoen om schommelingen in de beschikbare liquiditeit op te vangen. Dit betekent dat de gemeente in beginsel altijd voldoet aan de kasgeldlimiet. Overschrijding van de kasgeldlimiet heeft formele consequenties wanneer dit langere tijd aanhoudt. De provincie dient als toezichthouder op de hoogte te worden gebracht wanneer er in drie opeenvolgende kwartalen sprake is van een overschrijding. De afgelopen jaren is hiervan geen sprake geweest.
Liquiditeitsrisico
De gemeente probeert dit risico te beperken door een buffer aan te houden op zowel de rekening-courant als de beschikbare kredietlimiet. In 2013 is het zogenoemde schatkistbankieren ingevoerd, de gemeente is wettelijk verplicht om tijdelijk overtollige middelen (liquiditeitsoverschotten) die boven een wettelijk geregeld saldo (2% van het begrotingstotaal) uitkomen, moet stallen bij het Rijk. De gemeente Deventer heeft dit gewaarborgd door ervoor te zorgen dat een positief saldo op de lopende rekeningen automatisch wordt afgeroomd boven een bepaald bedrag. Dit heeft er bovendien voor gezorgd dat de centrale Treasuryfunctie altijd toegang heeft tot het grootste deel van de liquide middelen en wordt versnippering van geld op verschillende kas- en banksaldi beperkt.
Kredietrisico
Kredietrisicobeheer kan worden omschreven als het beheersen van risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid van een waardedaling van de vorderingspositie ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van betalingsverplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of te kort aan liquide middelen. Uitzettingen kunnen echter op grond van het treasurystatuut slechts plaatsvinden uit hoofde van de uitvoering van een publieke taak. De kredietrisico’s zijn daarmee beperkt tot situaties waarin één van de partijen waaraan de gemeente leningen heeft verstrekt niet in staat is om deze terug te betalen. In die gevallen ontstaat een risico dat de gemeente de betreffende lening moet afschrijven. De tabel in paragraaf 1.4.5.4 toont de hoofdsom per tegenpartij. Zoals te zien bedraagt het maximale kredietrisico op één partij €12,08 miljoen (Deventer Sportbedrijf).
Het EMU saldo van de gemeente Deventer draagt bij aan het totale EMU saldo van het Rijk en alle mede-overheden. De berekening van het EMU saldo gaat uit van ontvangsten en uitgaven en wijkt daarom af van het saldo van baten en lasten zoals dat in de begroting is gepresenteerd. Bij een sluitende begroting kan een gemeente daardoor toch een negatief EMU-saldo hebben.
Het Rijk heeft bepaald dat het EMU tekort van mede-overheden in de periode tot en met 2026 maximaal -0,5% BBP mag bedragen. Voor Deventer is dit berekend op €25 miljoen. Deze EMU-referentiewaarde is geen norm, maar een indicatie van het aandeel dat de gemeente in de gezamenlijke tekortnorm heeft. Overschrijding door een individuele gemeente heeft geen directe consequenties.
Onderstaande tabel toont de opbouw van het EMU saldo op basis van het hiervoor opgestelde CBS schema. Het EMU saldo is in de begrotingsjaren 2025 en 2026 gunstiger dan de referentiewaarde.
(bedragen x €1.000) | ||||
Omschrijving | 2024 | 2025 | 2026 | |
1 | Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) | -47.436 | 1.300 | 2.017 |
2 | Mutatie (im)materiële vaste activa | 24.198 | 51.178 | 39.556 |
3 | Mutatie voorzieningen | 151 | 156 | 161 |
4 | Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) | -7.796 | 575 | -10.064 |
5 | Verwachte boekwinst/verlies bij de verkoop van financiële vaste activa en (im)materiële vaste activa, alsmede de afwaardering van financiële vaste activa | 0 | 0 | 0 |
Berekend EMU-saldo | -63.687 | 53.209 | 31.670 |