De gemiddelde waardestijging van woningen bedraagt circa 3,69%, de gemiddelde waardestijging van niet-woningen bedraagt circa 3,1%.
Voor elke individueel object is de waardeontwikkeling anders, waarbij er aanzienlijke verschillen op kunnen treden ten opzichte van waarde-vaststelling van een voorgaande waardepeildatum.
De opbrengst OZB wordt verhoogd met 6%. De opbrengsten voor 2025 worden geraamd op:
(bedragen x €1) | ||
Belasting 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
OZB-opbrengst | 31.618.343 | 33.853.895 |
RZB-opbrengst | 11.554 | 11.554 |
Conform het Meerjaren Perspectief Parkeren (MPP) en de begrotingsrichtlijnen 2025 worden de parkeertarieven geïndexeerd.
De raad heeft bij de begrotingsbehandeling 2024 verzocht om in positie te worden gebracht om tariefstructuur, -indexatie en/of de afdracht naar de algemene middelen aan te kunnen passen, met name op de indexering van de parkeertarieven. Op basis van de gegevens van het Centraal Planbureau (peildatum februari 2024) is het tarief voor 2025 voor Parkeren vastgesteld bij de Voorjaarsnota 2024.
Op basis hiervan stijgen de tarieven met 3,85% (gemiddelde loon- en prijsstijging) met daarnaast de extra jaarlijkse verhoging uit het MPP (0,7%), welke is besloten bij de Voorjaarsnota 2019. De totale indexatie voor 2025 komt daarmee uit op 4,55% (2024: 8,45%).
De totale begrote parkeeropbrengst voor 2025 is geraamd op €6.193.924 (2024: €5.695.368)
(bedragen x €1) | ||
Belasting 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Parkeerbelasting | 5.695.368 | 6.193.924 |
Deze belastingen worden geheven voor het hebben van voorwerpen onder of boven, voor openbaar gebruik bestemde, gemeentegrond, maar ook voor de vergunning voor ingebruikname van gemeentelijke gronden. Onder de precariobelasting vallen ook de marktgelden. De gemeente Deventer heft haar gelden op basis van een marktprecario verordening. Een berekening kostendekkendheid is hiervoor niet benodigd.
Op basis van het Raadsbesluit van 16 december 1998 (nummer 98.19993) komt een deel van het precario ten goede aan het ondernemersfonds Deventer binnenstad. De gebiedskaart is vervangen, aangezien we geen midden tarief meer kennen, alleen een hoog en laag tarief.
In 2025 bedragen de verwachte precario (inclusief marktgelden) opbrengsten €470.609 (2024: € 451.207).
(bedragen x €1) | ||
Belasting 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Precario-opbrengsten inclusief marktgelden | 451.207 | 470.609 |
Waarvan marktgelden | 245.248 | 255.981 |
Jaarlijks worden alle aanbieders van overnachtingslocaties uitgenodigd tot het doen van de aangifte toeristenbelasting. Hiertoe worden de aanbieders aangeschreven met uitleg over de heffing en afdracht van toeristenbelasting en ontvangen de aanbieders een aangifteformulier. De heffing wordt opgelegd na het lopende belasting jaar. De toeristenbelasting 2025 betreft de opbrengst van de overnachtingen uit 2024. Begin 2025 worden de aangiften door de ondernemers doorgegeven. Op basis van het daadwerkelijk aantal overnachtingen 2024 wordt de belasting opgelegd. De aanslag wordt tevens verzonden aan aanbieders van B&B en Airbnb.
(bedragen x €1) | ||
Belasting 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Toeristenbelasting | 443.985 | 463.076 |
De afvalstoffenheffing is een bestemmingsheffing en valt voor de lokale heffingen onder de belastingen. De afvalstoffenheffing mag maximaal kostendekkend zijn. Eventuele voor- of nadelen worden verrekend met de reserve tarieven huishoudelijk afval. De afvalstoffenheffing is verschuldigd voor het gebruik van een perceel waar de gemeente een inzamelplicht heeft voor de huishoudelijke afvalstoffen. De inwoners van Deventer zetten verder in op het recyclen van grondstoffen met behulp van de aanwezige voorzieningen.
In 2025 blijven de oorspronkelijke beleidsuitgangspunten van Diftar onverkort van toepassing:
- er geldt een 0-tarief voor GFT en PMD;
- de tarieven zijn maximaal 100% kostendekkend;
- er geldt een vast tarief per huishouden en een variabel tarief voor restafval, afhankelijk van het aanbiedvolume;
- de literprijs is voor elke container gelijk. Het variabele tarief varieert recht evenredig met het aantal beschikbare liters van de ondergrondse containers (25 en 50 liter) en containers (140 en 240 liter);
- de tariefopbouw is zodanig dat geen enkel containervolume benadeeld of bevoordeeld wordt;
- voor een 240 liter container of een extra tweede container (ongeacht volume) geldt een toeslag van €36;
- Het uitgangspunt blijft dat een huishouden gemiddeld 6 keer per jaar de restafvalcontainer (140 liter) aanbiedt.
De tarieven die volgen uit de beleidsuitgangspunten worden opgenomen in de belastingverordening 2025.
(bedragen x €1) | ||
Belasting 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Afvalstoffenheffing | 13.138.925 | 14.482.266 |
Toelichting | x €1.000 | |
Lasten taakveld | -15.108 | |
Inkomsten taakveld | 822 | |
Netto lasten taakveld | -14.286 | |
Toe te rekenen lasten: | ||
Overhead incl. (omslag)rente | -868 | |
BTW | -1.231 | |
Totale lasten (100%) | -16.385 | |
Opbrengst heffingen | 14.482 | |
Dekking | 88% |
De uitgangspunten voor de rioolheffing zijn beschreven in het Gemeentelijk rioleringsprogramma 2022-2026 (GRP) zoals dat in januari 2022 door de raad is vastgesteld.
De rioolheffing is bedoeld als dekking voor de kosten van aanleg, onderhoud en exploitatie van de gemeentelijke voorzieningen bedoeld voor inzameling en transport van afval- en hemelwater. Ook de negatieve gevolgen van grondwateroverlast worden beperkt met de inkomsten uit de rioolheffing.
Vastgesteld is dat het tarief de komende jaren stabiel blijft en alleen wordt gecorrigeerd voor indexering en door areaalaccres. Het areaalaccres houdt min of meer gelijke tred met de toename van het aantal percelen dat wordt aangeslagen voor de rioolheffing en heeft dus een beperkte invloed op de ontwikkeling van het tarief. Uitgangspunt bij de rioolheffing is 100% kostendekking. Eventuele tekorten of overschotten worden verrekend met de daarvoor gevormde voorziening.
De volgende zaken werken door in de tariefstelling voor 2025:
- De prijs- en loonindexering op de lasten is toegepast zoals aangegeven in de begrotingsrichtlijnen. Dit levert een toename van de lasten op met
€ 200.500 (2024: €394.500);
- De renteomslag over de investeringen is gedaald naar 1,7% (2024: 2,0%);
- Het aantal huishoudens dat wordt aangeslagen is met 1.396 gestegen (2024: daling 258);
- Het areaalaccres is bepaald op € 68.341 (2024: €0);
- Nieuwe investeringen uit MJOP stijgen met €231.303
- De subsidieregeling voor afkoppelen van particulier dakoppervlakte wordt via de exploitatie van riolering en waterhuishouding gedekt. Hiervoor is dekking aanwezig van €50.000 per jaar. Vooralsnog wordt dit bedrag op begrotingsbasis gehandhaafd. Mocht er meer beroep op deze regeling worden gedaan waardoor een jaarrekeningtekort ontstaat dan kan dat tekort worden gedekt door te beschikken over de voorziening riolering.
Door de VNG is onlangs een nieuwe concept modelverordening gepubliceerd. Deze biedt voor de toekomst meer mogelijkheden voor de gemeente om te heffen voor haar gemeentelijke waterzorgplichten. Omdat de taken veel breder zijn dan de naam “Verordening Rioolheffing” doet vermoeden, wordt mogelijk de naam van deze heffing aangepast. De voorlopige werknaam is “Verordening bijdrage gemeentelijke watertaken’. De komende tijd wordt dit nader uitgewerkt, aanpassing van de gemeentelijke verordening zal op zijn vroegst per 2026 plaatsvinden.
Toelichting rioolheffing 2025 en begrotingsramingen
Om het basistarief te kunnen bepalen is een aantal elementen van belang. Uitgangspunt is de kosten in de primaire begroting. Hierop dienen die elementen in mindering te worden gebracht die niet (deels) via het basistarief worden gegenereerd.
(bedragen x €1) | |
Geraamde kosten | 8.859.288 |
Overhead | 594.947 |
BTW kosten | 557.703 |
Te dekken kosten | 10.011.938 |
Ter bepaling van het bedrag dat via het basistarief dient te worden gegenereerd worden de volgende kostenelementen in mindering gebracht:
(bedragen x €1) | |
Nieuwe rioolaansluitingen | 100.000 |
Tariefdifferentiatie | 190.000 |
Kwijtscheldingen | 624.000 |
Te dekken kosten via het basistarief rioolheffing | 9.097.938 |
Het geraamde aantal te belasten aansluitingen, gecorrigeerd voor wat betreft tarievendifferentiatie, ontheffingen en kwijtscheldingen bedraagt 46.026 (2024: 44.630). Dat is een toename met 1.396 ten opzichte van 2024. Om de kosten te kunnen dekken is een basistarief van € 197,76 (2024: €191,64) noodzakelijk.
De specificatie van de totale baten is:
(bedragen x €1) | |
Basistarief rioolheffing | 9.097.938 |
Opbrengsten tariefdifferentiatie | 190.000 |
Opbrengsten nieuwe rioolaansluitingen | 100.000 |
Kwijtscheldingen | 624.000 |
Totaal | 10.011.938 |
In verband met de technische eis dat het tarief deelbaar dient te zijn door 12 wordt voorgesteld het tarief vast te stellen op € 197,76. Het tarief stijgt daarmee met €6,12 ten opzichte van 2024. Dat is een stijging van 3,19% (2024: 5,97%).
(bedragen x €1) | ||
Belasting 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Rioolheffing | 9.365.746 | 10.011.938 |
Toelichting | x €1.000 | |
Lasten taakveld | -8.424.744 | -8.959.288 |
Inkomsten taakveld | 100.000 | 100.000 |
Netto lasten taakveld | -8.324.744 | -8.859.288 |
Toe te rekenen lasten: | ||
Overhead incl. (omslag)rente | -565.002 | -594.947 |
BTW | -476.000 | -557.703 |
Totale lasten (100%) | -9.365.746 | -10.011.938 |
Opbrengst heffingen | 9.365.746 | 10.011.938 |
Dekking | 100% | 100% |
Het haven- en opslaggelden wordt geheven voor het gebruik van gemeentelijk vaarwater, van gemeentelijke sluis, kaden en loswallen en van andere werken en terreinen door de gemeente ten behoeve van de scheepvaart gemaakt of ter beschikking gesteld. De exploitatie van de haven is niet kostendekkend.
Voor 2025 zijn de tarieven geïndexeerd met de reguliere indexatie.
(bedragen x €1) | ||
Recht 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Haven- en opslaggelden | 299.006 | 311.863 |
Toelichting | In € | In € |
Lasten taakvelden) inclusief (omslag)rente | -342.534 | -364.475 |
Inkomsten taakvelden) exclusief heffingen | 23.705 | 24.724 |
Netto lasten taakveld | -318.829 | -339.751 |
Toe te rekenen lasten: | ||
Overhead incl. (omslag)rente | -126.608 | -127.027 |
BTW | 0 | |
Totale lasten (100%) | -445.437 | -466.778 |
Opbrengst heffingen | 299.006 | 311.863 |
Dekking | 68% | 67% |
De lijkbezorgingsrechten hebben het karakter van een bestemmingsheffing. Hierdoor is er een relatie tussen de opbrengst van de rechten enerzijds en de kosten van de door de gemeente te leveren dienst of tegenprestatie anderzijds. De tarieven in de verordening (als geheel) mogen maximaal 100% kostendekkend zijn. De mate van kostendekking vloeit voort uit de lasten en de totale opbrengsten uit het in rekening gebrachte tarief.
Kostendekkendheid:
Het algemene beleid is de tarieven zoveel mogelijk kostendekkend te laten zijn. Voor het beheer van de begraafplaatsen is dit al sinds jaren niet mogelijk. De kostendekkendheid van de tarieven van de gemeentelijke begraafplaatsen bedraagt voor 2025 39% (2024: 39%) en wordt onder meer beïnvloed door het feit dat de begraafplaats Roeterdsweg, gelet op de in het verleden uitgegeven eeuwigdurende grafrechten, niet kan worden gesloten maar wel moet worden onderhouden.
(bedragen x €1) | ||
Recht 2025 | Opbrengst 2024 | Opbrengst 2025 |
Begraafrechten | 181.361 | 187.345 |
Toelichting | In € | In € |
Lasten taakvelden) inclusief (omslag)rente | -409.809 | -428.794 |
Inkomsten taakvelden) exclusief heffingen | 0 | |
Netto lasten taakveld | -409.809 | -428.794 |
Toe te rekenen lasten: | ||
Overhead incl. (omslag)rente | -54.247 | -54.503 |
BTW | 0 | |
Totale lasten (100%) | -464.056 | -483.297 |
Opbrengst heffingen | 181.361 | 187.345 |
Dekking | 39% | 39% |